Archaïsche periode (750 - 500 v. Chr.)
Het Griekse “archaïsch” staat voor “uit het begin”. In deze periode ontwikkelen de stadstaten zich verder, de bevolking groeit gestaag, de samenleving bloeit op, er ontstaat een elitegroep onder de bevolking, er worden meerdere tempels gebouwd, de architectuur komt tot bloei en de Griekse bouworden komen tot stand. Ook de schilderkunst en monumentale beeldhouwkunst komen tot rijke ontwikkeling. Onder de bevolking heerst algemeen het geloof in de Griekse goden. Nieuwe landbouwgrond wordt ontgonnen, er komt een variëteit aan gewassen, het houden van vee wordt steeds minder belangrijk. De Grieken gaan steeds meer de zee op om in hun levensonderhoud te voorzien via handel en piraterij. Geleidelijk komen de Grieken uit het dal van de Duister Eeuwen.
Er vindt een breed herstel van plaats op tal van terreinen. Hutten worden vervangen door huizen en houten tempels door tempels van steen. Steden groeien en steeds meer profileert de elite zich daar. In de stadstaten nemen tirannen de macht in handen. Vaak staan zij aan de kant van het gewone volk tegenover de elite (de aristocratie) en stellen ze een nieuwe staatsvorm in, een democratische regeringsvorm. Zo komt in Griekenland de democratie tot stand (invloed, inspraak, beslissingsrecht van het volk, van de inwoners). In de loop van de tijd vindt verfijning plaats.
In 624 v. Chr. kondigt Draco zijn strenge (draconische) wetten af. De macht van de adel wordt beknot, de bloedwraak beperkt en het recht om te straffen komt aan de staat. In 594 v. Chr vaardigt Solon van Athene wetten uit voor de kleine boeren en handelaars. Alle mannelijke burgers krijgen stemrecht en de hoogste macht berust bij de volksvergadering. In de jaren erna groeit de welvaart en bloeit de kunst. De staatsman Cleisthenes ontneemt de elite in 508 v. Chr. hun invloed en voert een echt democratisch bestuur in. Leden van de volksvergadering mogen een staatsman aangeven als ze die een gevaar voor de staat vinden. Om bedrog en corruptie tegen te gaan, ontwikkelt men een lootmachine voor de toewijzing van ambten en functies in de staat. Het zijn vooral tirannen, filosofen, dichters en wetgevers die het proces van democratisering stimuleren. Een overzicht van deze grootheden staat in document “Griekse filosofen”, zie ook “School van Athene”. De beschrijvingen van de Griekse filosofen e.a. zijn te vinden op de website onder Geschiedenis / Grootheden / Filosofen e.a. uit de Oudheid.
In het proces naar de democratisering speelt de Agora van Athene een belangrijke rol. De Agora is het marktplein van Athene en het politieke en juridische hart van de stad. Hier vinden de volksvergaderingen plaats. De agora is als het ware de wieg van de democratie. Hier verrijzen regeringsgebouwen en gerechtshoven. Maar ook winkels en marktkramen waar gelegenheid is voor gesprek en contact. Er komen stoa’s, langgerekte zuilenhallen, voor het afhandelen van zaken, ontmoeting van vrienden en discussie met stoïcijnse filosofen (Stoïcijnen ontlenen hun naam aan stoa). Elke zomer verandert de Agora in een stadion met renbaan ter gelegenheid van de Atheense feesten. De situatie van de Agora is te vinden in document “Agora Athene”.
In deze periode (750 - 500 v. Chr.) ontstaat er een tweede expansiegolf, een tweede Griekse kolonisatie. De Grieken hebben behoefte aan een uitlaatklep voor de bevolkingsgroei en interne conflicten binnen de elite moeten worden opgelost. Steeds meer Grieken wagen zich op zee. Dit bevordert de handel en de scheepvaart. De meeste kolonies zijn agrarische nederzettingen op vruchtbaar terrein. De kolonisten worden landbouwers. In Italië vestigen zich zoveel Grieken dat het gebied Groot-Griekenland wordt genoemd. Er ontstaan grote en bloeiende steden als Napels en Syracuse.
Er groeit een rivaliteit tussen de zeemogendheid Athene (heerser over Attica en verscheidene Egeïsche eilanden) en de landmogendheid Sparta die zijn macht heeft uitgebreid over de gehele Peloponnesos.
De Archaïsche periode eindigt als dreiging van buitenaf de vele kleine stadstaten noodzaakt de handen ineen te slaan. Die dreiging komt van de Perzen die hun rijk inmiddels hebben uitgebreid tot de Griekse nederzettingen in Ionië (de westkust van het huidige Turkije). Deze nederzettingen hebben zich inmiddels al verenigd in de Ionische Bond tegen de Perzische dreiging. Een opstand door Aristagoras van Milete omstreeks 500 v. Chr.) wordt ook ondersteund door Athene, tot woede van koning Darius van Perzië. De opstand wordt neergeslagen, maar Darius zet nu zijn zinnen op Griekenland zelf.
Perzische overheersing (492 - 479)
Tweemaal vallen de Perzen het land binnen. In 492 v. Chr. door Darius en tien jaar later door zijn zoon en opvolger Xerxes. Bij de eerste invasie worden de Perzen door de Atheners verslagen bij Marathon. Deze eerste poging van de Perzen om de Griekse stadstaten bij het rijk te voegen is mislukt. Een beslissend moment, want hiermee tonen de Grieken aan de Perzen te kunnen verslaan. Een volgende invasie wordt voorzien. De Grieken verenigen zich onder leiding van Athene en Sparta in de Helleense bond. In 480 v. Chr. vallen de Perzen met een leger en een vloot Griekenland binnen. Het landleger steekt de Hellespont over, breekt door tot Athene en vernietigt de stad. In de zeeslag bij Salamis wordt echter de Perzische vloot door de Grieken verslagen. Dit dwingt Xerxes zich terug te trekken. Het Perzische leger wordt in 479 v.Chr. definitief te land verslagen tijdens de Slag bij Plataeae. In de jaren daarop weten de Grieken ook Ionië te bevrijden. Nu blijkt dat de Grieken zelfs het machtigste rijk van dat moment kunnen verslaan, moet alles mogelijk zijn. Dit legt de basis voor grote prestaties en veranderingen in filosofie, kunst, theater en politiek. Gedurende de volgende dertig jaar zijn er nog wel vele schermutselingen tussen de Grieken en Perzen, maar daarna komt er een einde aan de vijandigheden.
Griekenland - Bakermat Westerse Cultuur
Het Griekenland van deze eeuwen wordt gezien als de bakermat van de Europese en Westerse cultuur. In de voorgaande eeuwen is sprake van de Cycladische, Minoïsche en Myceense beschaving. De Achaïsche periode geldt als beginpunt van de cultuur waaruit de gehele westerse cultuur voortkomt. Een verdere uitbouw vindt plaats in de Klassieke periode.
Wat gebeurt er tegelijkertijd elders in de wereld in deze de Archaïsche periode? Dat kun je zien in document “WDP (4)”. WDP = Wereld-Dwars-Profiel.
Klassieke periode (480 - 323 v. Chr.)
In de klassieke periode groeien de steden uit tot centra voor ontplooiing van openbaar bestuur, kunsten en wetenschappen. Hier worden de verdere fundamenten gelegd voor de latere cultuur in West-Europa. De democratie als staatsvorm komt tot ontplooiing, belangrijke wetenschappelijke principes worden bedacht en ontdekt. De westerse filosofie, de westerse literaire werken, het westerse theater en de architectuur komen tot ontwikkeling. Centra hiervoor zijn stadsstaten Athene, Sparta en Thebe. Vooral rond Athene wordt de klassieke Griekse cultuur gecentreerd. Er is sprake van een gouden eeuw. Daarnaast brengt de onderlinge wedijver tussen de stadstaten veel onderlinge strijd teweeg. Hieruit ontstaan de Peloponnesische Oorlogen.
Gouden Eeuw (480 - 400)
Om zich in de toekomst beter tegen Perzië te kunnen verdedigen, sluiten de bevrijde stadstaten en eilanden in 479 v.Chr. een verbond met Athene, de Delisch-Attische Zeebond. Deze Zeebond sluit Athene na de Perzische overheersing met verschillende staten uit de Egeïsche Zee, bedoeld als een militair samenwerkingsverband. Al eerder is de Peloponnesische Bond opgericht, een bondgenootschap van Sparta met alle stadstaten op de Peloponnesos. De Zeebond is niet tegen Sparta gericht, maar als verdediging tegen Perzië. Ook mag Athene het niet als een machtsinstrument gebruiken.
Peloponnesische Oorlogen (460 - 387 v. Chr.)
Frictie tussen Sparta en Athene ontstaan al vroeg na de terugtrekking van de Perzen. Een grote rol hierbij speelt de Spartaanse angst voor de groeiende Atheense macht. Het loopt uit op meerdere veldslagen. Hoewel niet de bedoeling, komen toch
Sparta (met de Peloponnesische Bond) en Athene (met de Delisch-Attische Zeebond) met elkaar in oorlog. Sparta is een aristocratische, oligarchische landmacht en Athene een democratische zeemogendheid. De Peloponnesische Oorlogen vinden plaats in de Gouden Eeuw, waar geweldig mooie ontwikkelingen plaatsvinden (zie hierna). Maar er worden dus wel twee oorlogen uitgevochten. De eerste van 460 - 445 v. Chr., de tweede van 431 - 404 v. Chr., waarbij de veldslagen wisselend door beide partijen worden gewonnen. Ook andere partijen en zelfs Perzië zijn bij deze oorlogen betrokken. Tussen en in beide oorlogen zijn er wapenstilstanden en vredesverdragen, maar gedurende de hele periode komt het om diverse redenen steeds weer tot strijd. Elke stadstaat heeft een eigen leger, bestaande uit zwaar bewapende hoplieten en licht bewapende slingeraars en peltasten. Een kenmerk van het leger is de eigen formatie. De hoplieten stellen zich op in falanx (een gesloten infanterieformatie). De licht bewapende pellasten en slingeraars nemen het aanvallende leger onder vuur. De ruiterij valt in wigformatie de vijand in de flanken aan. Dit geeft grote slagkracht aan het leger. De Griekse vloot bestaat in hoofdzaak uit biremen en triremen (oorlogsschepen met twee of drie rijen roeiers). Informatie over leger en vloot staat in document “Griekse leger en vloot”.
De prominente en invloedrijk staatsman, redenaar en generaal Perikles is tijdens de eerste Peloponnesische Oorlog de leidende figuur in Athene. Hij vormt de Zeebond om tot een statenbond, een “Atheens Rijk”. Zijn periode van leiderschap (ruwweg 461 tot 429 v. Chr.) staat bekend als de "Eeuw van Perikles". Hij bevordert de kunsten en literatuur en hij begint een ambitieus bouwproject op de Akropolis (waaronder het Parthenon). Dit project verfraait de stad, geeft roem aan Athene en geeft werk aan de mensen. Perikles stimuleert de Atheense democratie in sterke mate.
De voortdurende spanningen en strijd met aartsrivaal Sparta leiden tot de bouw van de Atheense lange stadsmuren. Deze Lange Muren vormen een uitgebreid systeem van vestingmuren die het stadsgebied van Athene met de haven van Piraeus verbinden. Ze sluiten direct aan bij de reeds bestaande vestingmuren van Athene en Piraeus. Het worden 6 km lange vestingmuren aan weerszijden van de weg om de bereikbaarheid van de haven veilig te stellen. Voor de vloot van Athene is dit essentieel.
De tweede oorlog wordt in 421 v. Chr. vooralsnog onbeslist afgesloten met de Vrede van Nicias. Lang duurt de vrede niet. In 415 v.Chr. onderneemt Athene een expeditie naar Sicilië. Deze loopt uiteindelijk desastreus af voor Athene. Dit is voor Sparta aanleiding formeel de vijandelijkheden te hervatten op het Atheense vaste land. Het Atheense leger en de Atheense vloot worden uiteindelijk in 404 v. Chr. verslagen. Athene wordt gedwongen de Zeebond te ontbinden, de vestingwerken en de Lange Muren af te breken, haar vloot op te geven en haar democratie op te heffen en een pro-Spartaanse oligarchie te installeren. Al snel weet Athene de democratie weer te herstellen en ook het oude rijk deels weer op te bouwen. In 395 v. Chr. vallen Athene en de bondgenoten Thebe, Korinthe en Argos opnieuw Sparta aan. In 387 v.Chr. komt er een einde aan deze oorlog (de Koningsvrede). Ook Perzië heeft in deze laatste oorlog een rol gespeeld. Het vredesverdrag bepaalt dat Perzië de controle krijgt over geheel Ionië en dat alle andere Griekse steden onafhankelijk zullen zijn. Sparta wordt aangewezen als de bewaker van deze vrede.
Het leven van de Grieken
Hoe ziet het leven van de Grieken eruit in deze tijden? In welke kleding lopen ze en hoe wonen ze? De kleding wordt vaak gemaakt van linnen, Dit maakt de kleding erg licht. Mannen dragen meestal een schort tot kuit- of knielengte (korte chiton). Vrouwen dragen veelal lange gewaden. Een lange chiton en/of himation. De himation is een grote lap stof die als een brede mantel of sjaal op diverse manieren om het lichaam kan worden gedrapeerd. De rijken vullen de kleding aan met een hoofdeksel en sieraden. Bijna iedereen loopt op sandalen. Binnenshuis hebben vrouwen een eigen gedeelte (het gynakium). Ze leven veelal vrij opgesloten in huis en gaan vaak alleen onder begeleiding naar buiten. De man is uit jaloezie huiverig voor contact van zijn vrouw met andere mannen. De vrouw weeft bijna de hele dag, maakt kleren en ziet toe op het werk van de huisslaven. Het mannenverblijf (andron) dient voor het ontvangen van gasten en voor het houden van drinkgelagen. Daarbij treden fluitspelers en andere musici op. Slaven zorgen voor het eten. Mannelijke burgers delen in de maatschappij de lakens uit, zijn veel in discussie met elkaar, gaan naar de tempel, sporten of bezoeken de badhuizen. Ambachtslieden, handelaren en slaven doen het werk. Voor een kleine impressie van het dagelijks leven van de Grieken, zie document “Leven van de Grieken (1)” en “idem (2)”.
De informatie over dit deel van de geschiedenis van de Grieken heb ik samengevat in beeld gebracht in de presentatie "De Grieken - deel 2 - De Oud-Griekse tijd”. Hierin staat de grote lijn van de geschiedenis, aangevuld met nadere details. Je kunt ook alleen de tijdlijn en/of de tijdbalk nog eens raadplegen.
Bouwwerken in de voorgaande perioden
In de voorgaande beschrijving van de Archaïsche periode was al sprake van het tot stand komen van de Griekse bouworden. Via een link ter plekke kon al kennis worden gemaakt met de Dorische, Ionische en Korintische bouworde, de onderscheiden onderdelen en de fraai ontwikkelde kapitelen. Deze link herhalen we hier nogmaals. Er ontstaat een systematische ordening van de bouworden met de samenstellende onderdelen. In de Archaïsche periode komen vooral de bouwwerken in Olympia en heiligdommen als in Delphi tot stand. Vooral in de Klassieke periode komen meerdere bouwwerken tot stand. Tempels, overheidsgebouwen, theaters, mausoleums, vestingmuren en ook de gebouwen op de Akropolis. Al omstreeks 1200 v. Chr. ontstaan op de Akropolis de eerste bouwwerken (een paleiscomplex van de koningen). Vanaf 480 v. Chr. komen op de Akropolis het Parthenon (tempel van Athene), het heiligdom Erechtium, de tempel van Nikè, de Propyleeën (monumentale ingang) en andere bouwwerken. Een selectie van de bouwwerken in deze tijd is te vinden in document “Overige bouwwerken Oud-Griekse tijd”. Van de bouwwerken uit deze periode behoren er vijf tot de zeven wereldwonderen (zeer opmerkelijke bouwwerken) uit de Oudheid. Deze zijn dus van Griekse origine.
Een overzicht van alle bouwwerken van de Grieken heb ik samengevat in beeld gebracht in de presentatie "De Grieken - deel 3 - Bouwwerken Grieken”. Hierin staat een overzicht van de tot stand gekomen bouwwerken.